Wat staat er in het preventieplan van je werkgever? Weerspiegelt het de risico’s op de werkvloer rond ergonomie, hygiëne, veiligheid en gezondheid? En wordt er met de actiepunten ook echt iets gedaan? Het wettelijk verplichte preventieplan is een belangrijk syndicaal instrument om problemen rond welzijn en veiligheid op de agenda te zetten én aan te pakken.
“Mentale welzijn ontbreekt nog vaak in preventieplannen”
Adri Craens, coördinator van de vormingsdienst bij ABVV-Metaal: “Jammer genoeg zien we dat er nog veel werkgevers het preventieplan niet zo serieus nemen. Er zijn voorbeelden dat het preventieplan beperkt blijft tot het tellen van de brandblusapparaten. Of ze kopiëren een plan van een ander bedrijf. Hun prioriteit is dat ze volgens de welzijnswet in orde zijn. De echte risico’s en problemen van de werkvloer vergeten ze weleens.”
Meer marketing dan preventie
Dries Bergmans, BTB-vertegenwoordiger in het CPBW bij H.Essers: “Bij ons in het bedrijf heb ik ook de indruk dat het preventieplan meer een marketinginstrument is. Wij hebben bijvoorbeeld een gezondheidsprogramma Fit2Grow. Zo konden we tijdens de eerste lockdown fietskilometers sparen om samen zogezegd de Tour de France te fietsen. Dat is natuurlijk een heel leuke actie. Maar het gaat wel voorbij aan de echte veiligheidsbehoeften. En ze bereiken er weinig arbeiders mee.”
“Wat zijn die veiligheidsbehoeften dan? Dat gaat bijvoorbeeld over fysieke lasten van onze chauffeurs en magazijnmedewerkers. H.Essers is bezig met een herstructurering in een filiaal. Het bedrijf stoot de verlieslatende pakjesdienst voor telecomoperators af in ruil voor transport voor de chemische en farmasector. Dat betekent dat onze lokale chauffeurs zwaardere pakketten zullen moeten dragen. Het management is met de grootse plannen bezig, maar zien die gevolgen voor de medewerkers simpelweg over het hoofd.”
Werknemers zijn dé ervaringsdeskundigen
Adri Craens: “Als delegee kun je van het preventieplan een echt werkinstrument maken. Je werk start eigenlijk op de werkvloer: welke klachten komen altijd terug bij de werknemers? En welke werksituaties zijn gevaarlijk, moeilijk of stressvol? Die problemen neem je mee naar het CPBW-overleg in november, want dan staat het preventieplan op de agenda. Zorg ervoor dat het plan overeenkomt met de realiteit. Leg daarnaast in het huishoudelijk reglement vast dat de voortgang elke maand of elke drie maanden op de agenda van het CPBW komt. Speel kort op de bal. Wat is er nog niet gebeurd en wie is verantwoordelijk? Zo zorg je ervoor dat preventieplannen beginnen te leven, dat er echt iets mee gebeurt.”
Zit iedereen goed in zijn vel?
Dries Bergmans: “Wat mij de laatste tijd opvalt en wat ik een prioriteit vind, is de impact van het werk op het mentale welzijn. Anders gezegd: zit iedereen nog wel goed in zijn vel? Dat aspect ontbreekt nog vaak in preventieplannen. Terwijl ik merk dat steeds meer mensen ermee worstelen. Soms door werkdruk, financiële moeilijkheden, problemen tussen collega’s, de job die hen geen uitdaging meer geeft, ... Als délégué pik je die signalen vaak sneller op, omdat je tussen de mensen zit. Het is aan ons om die problemen mee te nemen in de preventieplannen.”
Schone schijn
Mirko Katava zetelt namens ABVV-Metaal in het CPBW bij ROB Bilfinger in Zwijndrecht, een metaalbedrijf dat met chemische stoffen en zware metalen werkt. Gemiddeld komen de werknemers er jaarlijks met honderd gevaarlijk producten in aanraking. Dat moet je vermenigvuldigen met coëfficiënt drie, want vele gevallen worden niet gemeld, doordat de mensen op de vloer zich niet bewust zijn van het gevaar of van de blootstelling. “Bij ROB tref je feilloze preventieplannen aan waarop weinig tot niets aan te merken valt. Althans in theorie. In de praktijk komt van de mooie plannen weinig in huis.”
Mirko werkt al vijfendertig jaar in de sector en twintig jaar in het bedrijf en merkt op dat veiligheid er nochtans een belangrijk thema is: enerzijds gezien de werkomstandigheden, anderzijds doordat het bedrijf vaak in onderaanneming werkt van andere bedrijven die gunstige veiligheidscijfers als voorwaarde stellen. “In vergelijking met zo’n twintig jaar geleden zien we een verschuiving qua investeringen in veiligheid. Zo bedraagt de cleaningtijd van de leidingen en installaties waarmee we werken veel minder dan vroeger. In de plaats daarvan wordt er – weliswaar tegen een derde van de kostprijs – geïnvesteerd in beschermingspakken voor het personeel. Die laten echter vaak te wensen over en hebben een minimale dikte met een risico op scheuren en dus blootstelling aan gevaarlijke stoffen als gevolg.”
Mirko blijft de problemen, samen met zijn ABVV-team, aankaarten in het CPBW, maar boekt moeizaam vooruitgang. “De voorbeelden van absurde situaties die we meemaken zijn talrijk. Maar zoals gezegd, doen we het op papier dus wel schitterend. Het is niet voor niets dat een Comité maandelijks zo’n viertal uren duurt.”
Tips voor onze delegees om het preventieplan te laten werken
1) Hou de vinger aan de pols: om te weten waar de risico’s en problemen zitten, moet je luisteren naar de werknemers. Waar klagen mensen over? En wat liep er al mis?
2) Zorg dat het reglement de realiteit weerspiegelt: een preventieplan is veel meer dan een verplicht nummer. Je moet je bedrijf met zijn uitdagingen erin herkennen. De risico’s moeten echt zijn en de actiepunten concreet.
3) Speel kort op de bal: laat in het huishoudelijk reglement opnemen dat het preventieplan elke maand op de agenda van het CPBW komt. En overloop elke keer wat er al is gebeurd en wat nog door wie moet gebeuren. Zo zet je vaart achter het plan.
Welzijnsbeleid: dit is je werkgever wettelijk verplicht
Heeft je bedrijf minstens één werknemer in dienst? Dan is de opmaak van een preventieplan verplicht:
- Globaal Preventieplan (GPP): elke vijf jaar moet je bedrijf alle risico’s van de werkvloer in kaart brengen. Van rondrijdende vorkheftrucks tot de druk op het mentale welzijn. De werkgever beschrijft ook wat hij daaraan doet, wie verantwoordelijk is voor de uitvoering van de maatregelen en welke middelen hij daarvoor uittrekt.
- Jaarlijks Actieplan (JAP): in het jaarlijkse preventieplan beschrijft je werkgever welke concrete problemen hij wanneer en hoe aanpakt. Dat plan moet telkens klaar zijn tegen 1 november en komt op het comité voor preventie en bescherming op het werk (CPBW). Op 1 januari treedt het dan in werking.