Onze industrie bloedt. Dat is – jammer genoeg – geen nieuws meer. Al gaat het weliswaar weer wat beter. Over het hele jaar 2014 bedroeg de algemene economische groei 1 %, tegenover een groei van 0,3 % in 2013. Maar de jobs die verdwenen zijn, blijven weg en voor een echte groei in tewerkstelling is een groei van zowat 2 % nodig.
Altijd weer de loonkost
De nadruk blijft daarom ook liggen op kostenbesparingen. En als eerste komt dan steeds weer de loonkost op tafel. Zeker als het Europees bureau van de statistiek Eurostat cijfers publiceert waaruit blijkt dat België vorig jaar het duurste land binnen Europa was wat het uurloon in de industrie betreft.
Het gemiddelde uurloon in de volledige economie (exclusief landbouw en publieke sector) lag in 2014 in Europa op gemiddeld 24,6 euro. Voor de eurozone was dat 29,2 euro. Het duurst was een uurloon in Denemarken (40,3 euro), gevolgd door België (39,1 euro), Zweden (37,4 euro) en Luxemburg (35,9 euro). De laagste uurlonen waren voor Bulgarije (3,8 euro), Roemenië (4,6 euro), Litouwen (6,5 euro) en Letland (6,6 euro). België was wel de koploper in de industrie. In de industrie kost een gemiddeld uurloon in ons land 44,1 euro. Daarna volgden Denemarken (42,1 euro) en Zweden (41,8 euro).
Niemand ontkent het licht van de zon
We hebben nooit het licht van de zon ontkend. Het probleem is echter niet het loon of de koopkracht van de arbeiders. We veronderstellen dat niemand naar Roemeense toestanden wil. Of het moet minister-president Bourgeois zijn die ons wil voorhouden dat in Duitsland werknemers zelfs gratis overuren draaien. De vraag is hoe je de loonkost kunt aanpakken zonder aan de financiering van het sociaal stelsel, waardoor we de economische crisis 'goed' doorgekomen zijn, aan te tasten.
En de grondstofkost?
Maar even opvallend is ook de steeds groter wordende rol van de grondstofprijzen en energiekost. In ons congres in 2013 hebben we het uitgebreid gehad over de grondstoffenproblematiek, de dreigende grondstoffenschaarste en de 'War on Metals' die er aan zat te komen. Umicore ziet nu zijn winstgevendheid met zowat 10 % zakken door de stijging van de metaalprijzen.
En de energiekost?
Uit een studie in opdracht van Febeliec, de federatie van industriële energieverbruikers, blijkt ook dat de industrie in Vlaanderen wordt geconfronteerd met prijzen die tot 30 % hoger liggen dan in de buurlanden. Volgens de studie ligt de elektriciteitsprijs per megawattuur voor de zwaarste gebruikers op 39 euro in Duitsland, 65 euro in Vlaanderen en 82 euro in Wallonië. En die kloof wordt (in tegenstelling tot bij de lonen) alleen maar groter. In 2014 lag de elektriciteitsprijs in Vlaanderen 10 à 20 % hoger dan in de buurlanden.
Ook kleinere bedrijven kampen met dezelfde energieproblemen. De federale energieregulator CREG publiceerde een studie over de energieprijzen voor kmo's en zelfstandigen. Daaruit bleek dat de elektriciteitskosten voor bedrijven die jaarlijks 50.000 kilowattuur verbruiken, in België hoger is dan in het Verenigd Koninkrijk, Nederland en Frankrijk.
Geen cadeaus maar een energiepolitiek
Het gaat er niet om opnieuw cadeaus uit te delen aan de bedrijven. We willen een energiepolitiek die de industrie beschermt. Zonder dat de factuur, zoals in Duitsland, doorgeschoven wordt naar de gezinnen. De regering-Bourgeois (dezelfde) heeft immers definitief beslist om de gratis stroom voor de gezinnen af te schaffen. Op dit moment heeft elk gezin, per elektriciteitsmeter en per gezinslid, recht op honderd kilowattuur gratis stroom. Dat levert een gemiddeld gezin met twee kinderen zo'n 100 euro voordeel per jaar op. Een nieuwe dag, een nieuwe asociale maatregel.
Febeliec hield onlangs een pleidooi, naar analogie met de loonnorm, voor een energienorm. De vraag is dan wel wat je vergelijkt. Ook de Europese Commissie stelde zich bijvoorbeeld vragen bij de verregaande vrijstellingen van de Duitse energie-intensieve industrie en in hoeverre het hier niet om concurrentievervalsing ging. Ze opende dan ook een onderzoek dat Duitsland tot zekere toegevingen dwong. Maar de juridische procedure is nog steeds lopende.
Duurzaam beleid graag
In ieder geval is er dringend een duidelijke energievisie en idem dito beleid nodig. Febeliec-voorzitter Luc Sterckx zei bij de voorstelling van de studie "De evolutie van de stijgende energieprijzen is dramatisch en gevaarlijk voor het overleven van onze economie." Dat is nochtans essentieel als we onze welvaart willen behouden. Maar energiebeleid voor onze industrie moet wel geschraagd worden door een duurzame benadering. Wantanders geraken we even ver van huis.
Herwig Jorissen
Voorzitter