In gesprek met... Meryame Kitir.
Zondag is het zover. 26 mei wordt een cruciale dag, want deze verkiezingen leggen de toekomst voor de volgende 5 jaar vast. Wat me telkens weer opvalt de voorbije weken - op straat, aan de voordeur of op de werkvloer - is dat mensen eigenlijk niet zo gek veel vragen, alleen wat zekerheid. De zekerheid op een deftig loon zodat ze hun facturen op het einde van de maand kunnen betalen én iets overhouden om iets leuks te doen met de kinderen. De zekerheid ook dat als ze elke dag vroeg opstaan om te gaan werken, en netjes hun belastingen betalen, daar ook iets tegenover staat. Zoals de beste en betaalbare zorg wanneer ze die zorg nodig hebben.
Maar bovenal - zo is wel duidelijk geworden na vorige week - willen ze weten waar ze aan toe zijn met hun pensioen. Daar is het behalve onzekerheid één grote knoeiboel na 5 jaar rechts beleid van N-VA, Open Vld en CD&V. In tegenstelling tot wat ze vooraf beloofden niet te doen, trokken die drie partijen zonder boe of bah in oktober 2014 al de pensioenleeftijd op tot 67. Hoe je dat dan precies moet doen, je loopbaan rekken, was hun zorg niet. Als klap op de vuurpijl schaften ze de pensioenbonus - de prikkel bij uitstek om mensen die langer werken ook écht financieel te belonen - gewoon af. Begin er maar aan. En nog vinden die anderen het niet genoeg. Voor N-VA moet de wettelijke pensioenleeftijd nog naar omhoog de volgende jaren. Wat zal het dan zijn? 68, 69, 70 jaar, …?
Voor ons is er geen twijfel: mensen langer aan de slag houden, is dé opdracht om de vergrijzingsgolf het hoofd te bieden. Elke partij is het daar trouwens over eens, als we weten dat vandaag een loopbaan gemiddeld 39 jaar duurt. Maar dan moet dat langer werken niet alleen mogelijk - en dus werkbaar - gemaakt worden, maar ook beloond worden. Daarom pleit sp.a samen met ABVV nu al 2 jaar voor een nieuw pensioenmodel dat wél zekerheid biedt: na een loopbaan van 42 jaar moet iedereen de zekerheid hebben op een pensioen van minstens 1.500 euro. Wat je ook doet. En wie langer werkt, verdient gewoon ook meer pensioen. Zo simpel is het. En ja, die 65 jaar is bij ons niet de focus in ons plan, maar wel de leeftijdsgrens waarop je zeker met pensioen moet kunnen. Anders moeten de mensen blijven werken tot hun 80e, zoals de N-VA wil.
Een samenleving bouwen en klaar maken voor de uitdagingen van morgen doe je niet door te blijven besparen op mensen die elke dag keihard werken en al veel bijdragen, zoals de voorbije 5 jaar is gebeurd. Het Planbureau heeft intussen minutieus nagerekend dat die pensioenzekerheid bieden aan iedereen die werkt én bijdraagt, wél degelijk kan. En als tussen 2015 en 2017 het vermogen van de allerrijksten in ons land met maar liefst 30 miljard (!) is toegenomen, dan is er heus nog wel marge om pensioenen van de toekomst op een duurzame manier te financieren. De geschiedenis bewijst trouwens dat iedereen dan wint. Ook onze economie.
Kortom, de tegenstellingen zijn groot. Mijn keuze is gemaakt. Die van N-VA ook. En zondag is het aan u. Maar één ding staat buiten kijf: alleen met een sterke sp.a kunnen we onze nieuwe strijd tot een goed einde brengen, precies om iedereen de zekerheid te bieden die hij of zij verdient.
Meryame Kitir
Federaal Fractieleidster sp.a
Andere blogs van Meryame:
Een stem geven aan wie minder meetelt
Wie ziek is, die vertrouwen we niet
Politiek ten dienste van de burger, iemand?
Van 'Accent-jobs' tot de regering Michel: ze willen het sociaal overlegmodel kwijt
De lasten op arbeid verlaagd, de lasten op arbeiders verhoogd
Wat hebben de werknemers deze regeringen toch misdaan
Is er behalve geruzie binnen de regering nog iets van zekerheid in dit land?