In gesprek met...Isabelle Van Hiel.
Drie vierden van de Belgen woont in een eigen huis. Het hoge aantal huiseigenaars is het gevolg van een beleid dat sinds WOII de aankoop van een huis aanmoedigde. Maar ook van de mentaliteit van de Belgen die een baksteen in hun maag hebben en bereid zijn veel te betalen voor een eigen woning. Door de stijgende woningprijzen moet een steeds groter deel van de aankoopprijs van die woning worden geleend. De banken deden dat graag, en door de lage rente, ook aan zeer gunstige tarieven. Daar dreigt binnenkort echter verandering in te komen.
De vlot verkrijgbare en goedkope leningen zijn een doorn in het oog van Febelfin, de belangenvereniging voor de banksector. Febelfin wil lenen moeilijker maken. Argumenten daarvoor vindt Febelfin in het jaarverslag van de Nationale Bank. Daaruit blijkt dat banken vaak bereid zijn de volledige koopsom van een woning te lenen. In 36 % van de gevallen financiert de hypotheek meer dan 90 % van de woningprijs.
De Nationale Bank vreest dat, wanneer de huizenprijzen zouden dalen of de werkloosheid zou toenemen, vele kredietnemers kun leningen niet meer zouden kunnen terugbetalen. De huizenmarkt zou dan kunnen instorten en een kredietcrisis veroorzaken die de gehele economie kan treffen. De vrees is niet denkbeeldig. Uit eerdere cijfers uit 2017 bleek al dat in België 1 op 5 leningen hoger is dan de helft van het beschikbare gezinsinkomen. De Belgen hebben daarmee een hogere schuldenlast dan de rest van de eurozone.
De Nationale Bank waarschuwde de banken al eerder om omzichtig om te gaan met het toekennen van leningen. Vorig jaar nog werd de sector opgedragen om extra buffers aan te leggen voor dit soort kredieten. De verplichting had de banken moeten aanzetten tot voorzichtigheid, maar dat is niet gebeurd. De banken hadden daar zelf hun conclusies moeten uit trekken, maar dat doen ze niet.
Febelfin wijst met een beschuldigende vinger naar de politiek die zich zou verzetten tegen duurdere woonleningen. De politici zouden lenen niet moeilijker willen maken, omdat ze dan zouden ingaan tegen de wensen van de kiezer. Karel Van Eetvelt, topman van Febelfin en in een vorig leven nog gedelegeerd bestuurder van UNIZO, zegt hierover in De Standaard: “De politiek heeft druk uitgeoefend op de banken om ervoor te zorgen dat de toegang tot woonkrediet niet werd belemmerd”.
De sector vraagt daarom dat de Nationale Bank met maatregelen komt. Door de sterke concurrentie kennen de banken toch leningen toe aan klanten die eigenlijk niet solvabel genoeg zijn. De banken zijn blijkbaar ook niet in staat om in te gaan tegen de wensen van hun klanten. Om de banken tegen zichzelf te beschermen, vragen ze nu dat de overheid ingrijpt.
Een goed verstaander leest hierin: de banken willen minder leningen verkopen aan hogere prijzen. Door de lage rente maken de banken immers maar weinig winst op de hypotheekleningen. En het jaarverslag van de Nationale Bank is daar zeer behulpzaam bij.
De strategie van Febelfin werkt alvast. De politiek is nu wel bereid om het woonkrediet in te perken. Er komt een interkabinettenwerkgroep die zal onderzoeken welke maatregelen kunnen worden genomen. Ierland zal hierbij als voorbeeld dienen. In dat land is een minimum inbreng verplicht en mag maximum 3,5 keer het inkomen worden geleend. Afwijkingen ten voordele van bepaalde categorieën zijn echter mogelijk.
De vraag is of Ierland wel zo’n modelland is? De Standaard kopte vorig jaar: “Ierland, waar een huis onvindbaar (en onbetaalbaar) is.” In Ierland is een deel van de woningcrisis toe te schrijven aan het tekort aan woningen. Ierland geeft wel een indicatie van de gevolgen van een beleid dat erop gericht is woningkrediet te beperken. De huurprijzen in Ierland zijn torenhoog. Dat zal waarschijnlijk ook in ons land gebeuren. Als minder mensen een eigen woning kunnen kopen, zullen meer mensen er één moeten huren. Dat kan niet anders dan leiden tot hogere huurprijzen. Te verwachten is ook dat de ongelijkheid op de woningmarkt zal toenemen en vooral de middenklasse daarvan het slachtoffer zal worden.
De regering zou dus beter niet ingaan op deze poging van de banken om hun winstmarges op te krikken. De banken moeten de verantwoordelijkheid dragen voor hun eigen gedrag en niet de gevolgen ervan op de kredietnemers afwentelen. Ze moeten de gevraagde buffers aanleggen, en niet wanneer ze dit te kostelijk vinden, hun politieke invloed aanwenden om de spelregels op de markt aan te passen. De banken zijn meestal tegen regulering. Ze moeten er dan ook niet om vragen als hun dat uitkomt.
Isabelle Van Hiel
Adviseur ABVV-Metaal
Andere blogs van Isabelle:
Waarom een studielening geen goed idee is
Ze zijn er weer ... de kamperende ouders
Werknemer in knelpuntberoep? Betaal nu zelf voor opleiding!