De samenleving

Lees hier gevarieerde blogs vanuit de gelijkgezinde samenleving. Aan het woord laten we specialisten binnen ABVV-Metaal en uit progressieve middenveldsorganisaties.

 

In gesprek met... Wim Careel

Vorige week stelde technologiegigant Apple in California haar nieuwste generatie smartphones voor. De iPhone 8 en de iPhone X zijn opnieuw een beetje mooier en een beetje sneller dan de vorige lichting. De iPhone 7 – nauwelijks een jaar eerder gelanceerd – is daarmee alweer voorbijgestreefd. Ongetwijfeld zullen deze toestellen wereldwijd in grote hoeveelheden verkocht worden, als symbool van de innovatieve en technologische superioriteit van de Verenigde Staten van Amerika.


Nauwelijks enkele weken daarvoor kregen we in Texas een heel ander beeld van de VS voorgeschoteld: dat van aan hun lot overgelaten bejaarden in een verzopen rusthuis na de doortocht van de tropische storm Harvey. De economische supermacht was blijkbaar niet in staat om enkele oudjes tijdig te evacueren.

Volgens Jonathan Hoslag, professor internationale politiek aan de VUB, illustreert dit beeld heel goed de toestand waar de Verenigde staten – en bij uitbreiding een flink stuk van de westerse wereld – zich in bevinden:  “Het zegt veel over onze tijdsgeest dat de elite van een samenleving als kleine kinderen achter technologiegoeroes aanholt […] en rijen dik aanschuift om de nieuwe iPhone te bemachtigen, maar dat diezelfde elite het niet kan verkroppen dat de overheid investeert in basisinfrastructuur, in dijken die het land beschermen tegen de stijgende zeeën, in wegen en spoorwegen. Hij voegt er nog  aan toe: “De Amerikaanse natie besteedt elk jaar evenveel aan de laatste iPhone als aan de schoolgebouwen voor haar kinderen.”  

Er schort dus duidelijk iets aan de prioriteiten. Nog steeds in de woorden van Holslag: “De focus van de vooruitgang ligt verkeerd. De Amerikanen zijn bereid om voor de gekste dingen te betalen, maar niet voor de zaken waardoor we als mens en als samenleving vooruitkomen.”

Ook Joseph Stiglitz, nobelprijswinnaar economie, plaatst vraagtekens bij de economische politiek van de Verenigde Staten. Na de doortocht van orkanen Harvey en Irma schreef hij dat Houston en Texas veel meer konden – en moesten – gedaan hebben om zich voor te bereiden op de gevolgen van klimaatverandering, waarvan frequentere en hevigere stormen één van de symptomen zijn.

Het is ironisch, zegt Stiglitz, dat iedereen zich richt op de overheid om achteraf de problemen op te lossen. Vooral wanneer dit gebeurt in delen van het land waar men normaal gezien niet al te hoog oploopt met sterke overheden en uitgebreide collectieve voorzieningen. Hij ziet een duidelijke parallel met de financieel-economische crisis van 2008. Ook toen vroegen – en kregen – grootbanken massaal overheidssteun, terwijl ze daarvoor altijd de loftrompet hadden afgestoken over liberalisering, deregulering en een afgeslankte overheid (met alle gevolgen van dien). 

Voor Stiglitz is de conclusie duidelijk: de markt, aan zichzelf overgelaten, is niet in staat om te voorzien in de bescherming van samenlevingen. Wanneer markten falen – en dat gebeurt regelmatig – wordt collectieve actie noodzakelijk. De samenleving – gefaciliteerd door de overheid – dient maatregelen te nemen om de impact van klimaatverandering zoveel mogelijk te beperken. Dat vergt investeringen in stormbestendige infrastructuur en gebouwen, bescherming van natuurgebieden (moerassen spelen een belangrijke rol in het absorberen van zware stortregens) en doordachte rampenplannen (inclusief een deftig evacuatiebeleid). Om dit te realiseren – en om toestanden zoals in Texas te vermijden – zijn uitgebreide overheidsinvesteringen en een sterk regulerend kader essentieel.

Vooruitgang is dus niet: elk jaar een nieuwe smartphone uitbrengen. Vooruitgang is het ontwikkelen van een economie die de behoeften van de samenleving (wonen, voeding, veiligheid, cultuur, …) centraal stelt. Het is de taak van de overheid om daarop toe te zien. Zoals Jonathan Holslag concludeert: “De overheid moet waken over het algemeen belang en tegengas geven. Ze moet burgers wakker schudden, door mee het debat aan te zwengelen over de doelen van de groei en de definitie van vooruitgang. Vooruitgang gaat om mensen.”

De definitie van vooruitgang, dat is zeker een discussie waard. Ook bij ons. 

Wim Careel
Adviseur Studiedienst
ABVV-Metaal

Andere blogs van Wim

De voltooiing van de Copernicaanse omwenteling
Waarom een mening spuien over de taxshift best gebeurt met kennis van zaken
Maak werk van werkbaar werk