In gesprek met Frans Biebaut.
Op 18 december 2014 berichtten de kranten dat de sociale partners in de Groep van 10 een compromis hadden bereikt over enkele 'losse eindjes' van het dossier rond het eengemaakt werknemersstatuut.
Een argeloze lezer zou nu spontaan beginnen juichen... Want dat zou betekenen dat het eenheidsstatuut nu toch eindelijk een feit is, al is het op een paar losse eindjes na...
Helaas! De losse eindjes zijn niet de laatste op te lossen details van een 114 jaar oude discriminatie tussen arbeiders en bedienden. De losse eindjes zijn euro's belastinggeld dat moet dienen om de werkgevers te compenseren, waaronder 80 miljoen euro voor de meerkost van de afschaffing van de carenzdag.
In de sector metaalverwerking (paritair comité 111) worden alle carenzdagen inmiddels al 10 jaar uitbetaald. De regeling werd onderhandeld in het nationaal akkoord 2003-2004. De kost van de carenzdag werd toen in mindering gebracht van onze loonsverhoging. En bovendien werd er vanuit het Fonds voor Bestaanszekerheid ook een compensatie voor de meerkost ten voordele van de werkgevers voorzien. Amper 5 van de 7.500 werkgevers in de metaalverwerking hebben ooit een beroep gedaan op deze compensatie. Maar dit geheel terzijde.
Wat na de wet betreffende de opzeggingstermijnen ?
Na 113 jaar was het de rechtspraak en niet de sociale partners, die de discriminatie tussen arbeiders en bedienden moest oplossen. De wet betreffende de opzegtermijnen en de carenzdag kwam tot stand onder druk van het arrest van het Grondwettelijk Hof van 7 juli 2011. De regering en de sociale partners kregen 2 jaar de tijd om er werk van te maken. Een paar dagen voor de deadline moest uiteindelijk, bij gebrek aan voorstellen van de sociale partners, de toenmalige minister van Werk Monica De Coninck het initiatief in handen nemen. Gelukkig was er tijdsdruk. Een goede zaak voor de weg naar een eenheidsstatuut, maar een van de zwartste pagina's uit de geschiedenis van het sociaal overleg.
De CMB en later ook ABVV-Metaal was en is al tientallen jaren vragende partij voor een eenheidsstatuut. Geen opwaarderend gepruts aan de bestaande statuten, gewoon één statuut, dat van de werknemers, mannen en vrouwen met gelijke kansen die zowel met hun hoofd als met hun handen werken.
De toekomst belooft niet veel goeds. Aan het roer voor de komende 5 jaar staat een regering die van 'besparen' zowat de enige inspiratiebron voor haar beleidsontwikkeling maakt, in dit geval een sociaal beleid. Hoe kun je aan een eenheidsstatuut bouwen met een opgedrongen filosofie van "als het niet bespaart, schaf het dan maar af". Dat doet in dit verband even denken aan die Antwerpse topmagistraten die, blijkbaar doordrongen van de budgettaire schaarste, vinden dat de dure en tijdrovende assisenprocessen dan maar moeten afgeschaft worden. Waar blijft de afweging van het algemeen belang, de inhoud, de noodzaak,..?
In de beleidsnota van minister Peeters kun je tussen het langer werken en meer flexibiliteit door, wel wat thema's inzake de harmonisering van het statuut van de arbeiders en de bedienden terugvinden. Zo wil hij daarbij prioritair werken aan de economische werkloosheid en de jaarlijkse vakantie. Ook het aantal paritaire comités wil hij in dit kader verminderen.
Wat ook de aandacht trok in de beleidsnota-Peeters, was de paragraaf over de anciënniteitsverloning. Bij de bedienden is de factor anciënniteit een belangrijk element in het verloop van de loonschaal. Bij het loon van een arbeider speelt dit effect niet, een arbeider kan zijn loon enkel verhogen door in een functie te promoveren. Vanuit de vaststelling dat werkzoekende 55-plussers niet meer aan de bak komen, laat Peeters zich inspireren door een advies van de Hoge Raad voor de Werkgelegenheid. Eindconclusie: een 55-plusser is te duur voor de arbeidsmarkt en dat komt onder meer door het overwaarderen van de anciënniteit bij het bepalen van zijn loon.
Wij hebben als vakbond inzake de trage vooruitgang van het eenheidsstatuut voor de komende jaren één excuus, en misschien is het wel een excuustruus, namelijk het feit dat deze regering een sociaal onrechtvaardig beleid voert. En dat maakt dat wij andere prioriteiten hebben. Het beleid van de losse eindjes zal de komende vijf jaar ongetwijfeld een vervolg kennen.
Frans Biebaut
Hoofdadviseur ABVV-Metaal
Meer weten over de huidige stand van zaken van het eenheidsstatuut?
Lees het e-book Arbeiders-bedienden: alles over het eenheidsstatuut
Savoir plus de l'actuel état des choses du statut unique ?
Lisez l'e-book Ouvriers-employés : tout sur le statut unique